Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.

De Swaen, de Grote Waag

Uit De historische en eigentijdse encyclopedie van Eindhoven
Ga naar: navigatie, zoeken
Links het pand de Swaen in het begin van de 20e eeuw, dat vanaf 1903 als magazijn dienst deed. Het werd gebouwd in 1861. (afbeelding Eindhoven in Beeld nr 32252)

Het huis De Swaen, hoek Rechtestraat / Marktstraat (gesloopt 1960)

Het huis met de naam “De Swaen” zou volgens oudere schrijvers reeds in 1440, als oudste huis "met een naam" in Eindhoven, worden genoemd.(1)
Daar geschiedschrijver L.G.A. Houben de eerste is die dit vermeldt, kunnen wij gemakkelijk nagaan hoe dit misverstand is ontstaan.
Houben kende een bundel processtukken met betrekking tot de waag uit 1653. In deze bundel komt de Eindhovense schepenakte van 16 november 1440 voor, die handelt over de verkoop van de waag. Daar hij veronderstelde, dat de waag altijd in het huis De Swaen heeft gehangen, ligt de conclusie voor de hand als zou ook het huis De Swaen al in 1440 hebben bestaan.

Uit de Eindhovense schepenprotocollen valt echter gedurende de periode 1510-1610 alleen het volgende af te leiden met betrekking tot het huis en zijn eigenaars:
vóór 1510 eigenaar: Thomas Fykens
1510-1511 eigenaar: Johan Peter Swijnen van Hamont alias die Cuper
1539 huis DEN SWAEN eigenaar: wijlen de weduwe Katharina Bartholomeus Schoenmaecker
1541 eigenaar: weduwe Katharina Henricx van den Eynde en kinderen
1569-1590 huis DE SWAEN eigenaar: Peter Thomas Gelis
1608 huis DEN SWAEN eigenaar: Joost Philips van Alphen

Het pand de Swaen, hier op een afbeelding uit 1957. In 1904 zat kruidenier Herman van Roosmalen in het rechterdeel van het pand aan de Rechtestraat. Al lange tijd heeft schoenenhandel Van Haren het hoekpand in gebruik. (afbeelding Eindhoven in Beeld nr 19450)

Volgens het cijnsboek van de heren van Cranendonk uit 1590 blijkt de kleinzoon van Gielis Jans, genaamd Peter Thomas Gelis, cijnsplichtig te zijn uit "des heeren van Craennendoncks waege", hangende in het huis De Swaene op de Cruysstraet aan de put.(2) Genoemde Peter Thomas blijkt al in 1569/1571 het huis Den Swaen te bezitten(3), samen met "den waghe".

Dit blijkt uit een processtuk uit 1653, waar de 100-jarige Jan Peters den Brouwer, ondervorster van Someren (sic!) een en ander bevestigt. Het boterwaagrecht wordt dan namelijk door zowel Joost Bartels van Berenbroeck als de stad Eindhoven opgeëist. Hij getuigt, dat de Eindhovense waag in het huis van zijn vader (Peter Thomas Gielis) hing, terwijl de stadsboterwaag (twee kleine wagen) toen op de Markt hing.
Tijdens dat proces beweren de 77-jarige Hendrick de Hondt (die borgemeester was in 1613) en de 76-jarige Jan Lamberts van Asten, dat de stadswaag meer dan 50 jaar in het huis De Swaen heeft gehangen.

Zowel de waag als het huis De Swaen komen na Peter Thomas in handen van Joost Philips van Alphen en na hem aan diens weduwe Anneke van Luytelaer. Hun dochter Elisabeth trouwt met Joost Bartels van Berenbroeck.(4)

Gedurende korte tijd kan dit huis ook in andere handen zijn geweest, daar het pand nogal was belast, waardoor - na verzuim van betaling - beslag werd gelegd op het onderpand, i.c. het huis De Swaen. Tot omstreeks 1650 blijft het huis in handen van Joost en zijn vrouw. Wij zien dus, dat de enige conclusie, die na vergelijking van de twee reeksen eigenaars van respectievelijk de waag en het huis De Swaen valt te trekken is, dat Peter Thomas Gielis de eerste is, die zowel als eigenaar van het huis De Swaen als de gerechtigdheid van de waag optreedt.

In 1575 en 1594 wordt De Swaen een openbare herberg genoemd.(5) Op 16 april 1597 wordt het huis De Swaen "gevisiteerd" (=geïnspecteerd), omdat Cornelis in den Boogaert het pand wil betrekken.(6) In het voorhuis hangt dan een waagboom zonder "tong of schaam". Er liggen zes ijzeren gewichtstenen. Verder zijn zowat alle ruiten kapot en zit er een gat in de keukenmuur, het dak lekt, enz.

Op 13 januari 1653 verwerft Joost Bartels van Berenbroeck, koopman en inwoner van Eindhoven, man van Elisabeth van Alphen, het huis en achterhuis genaamd "de waege, daer uit is hangende De Swaen", met de gerechtigdheid van de grote gezworen stadswaag, voor 2.500 gulden.(7)

Op 28 november 1653 gaat Joost een overeenkomst aan met de voogden van de Prins van Oranje.(8) Hij verkoopt dan de waag (het weegtoestel) aan de Prins, waarvoor hij een jaarlijkse erfrente van 400 Carolusguldens ontvangt uit de domeinen van Cranendonk en Eindhoven. Op 29 november 1653 wordt voor "speldegeld" 500 gulden betaald aan de vrouw van Van Berenbroeck.

Detail van de kaart van A.G. van Dijck uit 1860, met de aanduiding 20 voor het huis met de naam De Waag. (afbeelding archief Hüsken)
Detail van de kadastrale minuut uit 1832. Het nummer A172 is eigendom van de erven Peter van Dijck.

De Prins van Oranje verpacht de waag aan Joost Bartels van Berenbroeck op 6 december 1653 voor één jaar à raison van 500 Carolusguldens. Dit contract wordt op 21 december 1654 verlengd tot Kerstmis 1655. In de jaren 1662-1667 procedeert Joost Bartels van Berenbroeck tegen de stad Eindhoven in verband met het wegen van boter in zijn "groote wage".

In 1707 blijkt Bartholomeus van Berenbroeck, zoon van Joost, het huis op de hoek van de Rechtestraat te bezitten, genaamd De Balance of De Waeght of De Swaen.(9) De erven Van Berenbroeck verkopen de grote waag op 5 december 1772 aan Peter van Dijck.(10)
Hij sluit een lening bij de verkopende partij, de familie Van Beerenbroeck, voor 2.400 gulden tegen 3% rente per jaar.(11)

De erven Wilhelmus van Berenbroek verkopen in 1781 het huis "De Kleine Waag”, gestaan achter het huis de Swaen, aan Peter van Oirschot. Die verkoopt dit huis dan in 1790 weer door aan Peter van Dijck, die daarmee de bebouwing aan de hoek van de Rechtestraat en Marktstraat helemaal in handen kreeg.(12)
Peter van Dijck overleed op 85-jarige leeftijd in februari 1834. In het oudste boek van het kadaster, gemaakt voor de opname van de onroerende goederen en hun eigenaren, is dan reeds vastgelegd, dat het gebouw (kadastraal A172) in handen van de erven Van Dijck.
Op de plattegrond der stad Eindhoven uit 1860, gegraveerd en gedrukt door boek- en steendrukker Arnoldus Godefridus van Dijck (1804-1868), wordt het pand onder nummer 20 nog steeds aangeduid met de huisnaam De Waag.
De Waag wordt in 1861 ingericht tot twee woningen. Het deel aan de Marktstraat wordt vanaf 1903 als magazijn, een deel van de winkel, gebruikt. In het deel van het pand dat aan de Rechtestraat ligt, worden in 1904 twee vensters vervangen door een etalageruit. Herman van Roosmalen vestigt hier dan zijn kruidenierswinkel. In 1912 hebben de gezusters van der Vloed hier nog een tijdje een winkel, die in 1913 wordt overgenomen door het eerste Eindhovense filiaal van Albert Heijn. Die verlaat het pand in 1916.
Op oude ansichtkaarten is te zien dat aan de Marktstraat omstreeks 1915 ook al een winkel was gevestigd. Al voor 1950 was Parfumerie Americain in het pand aan de Marktstraat gevestigd. Van Haren schoenen is vervolgens de winkelier geworden, die wegens ruimtegebrek het oude pand in 1960 heeft laten slopen. Deze zaak is nog steeds op deze plaats gevestigd, al zal niet iedereen blij zijn met het nieuwe gebouw.


noten:
1- L. Houben, Geschiedenis van Eindhoven, II, p. 79, ook: J. van Poppel, Oude huizen en hun namen, in: Oud Eindhoven, II, p. 95.
2- BHIC, Rijksarchief Noord-brabant, archief Nassause Domeinen, 188.
3- Kohier 100e Penning Eindhoven, fo 4v; RHCe, R 31,11, 24v.
4- Nederland's Patriciaat, 1921/22, p. 33.
5- RHCe, R 31, II, 77v; R 60, 128.
6- RHCe, R 60, 321.
7- RHCe, R 45, 362-363.
8- Rijksarchief 's-Gravenhage, Archief Nationale Domeinen , nr. 1932, sub 19.
9- RHCe, Paalboek 1707, 103.
10- RHCe, E 58-1. (Schepenarchief 1611-118v.)
11- RHCe Schepenarchief 1611-121
12- RHCe Schepenarchief 1618-078


J.Th.M. Melssen in: ’t Gruun Buukske 1979
bewerkt en aangevuld door J. Hüsken 2015