Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.

Hoogenbosch

Uit De historische en eigentijdse encyclopedie van Eindhoven
Ga naar: navigatie, zoeken

N.V. Nederlandsche Schoenindustrie v/h Gebroeders Hoogenbosch

Hoe het begon
In 1852 begon Jan Hoogenbosch in Den Helder schoenen en laarzen te maken. Vier jaar later kocht hij er het winkel-woonhuis "Magazijn De Ossekop", waarin hij ook zijn werkplaats vestigde. De zaken gingen zo goed dat hij rond 1874 zijn bedrijfsruimte nog uitbreidde met een aangrenzend pand. Toen hij in het laatste kwart van de eeuw concurrentie kreeg van het industrieel gemaakte schoeisel, haakte hij snel op de nieuwe ontwikkelingen in door in het fabrieksmatige product te gaan grossieren.

Intussen was zoon Piet al in 1870 in het bedrijf komen helpen. De twee jongste zoons voltooiden in die tijd nog hun schoolopleiding bij meester Panken in Duizel. Dirk zou daarna ook het schoenmakersvak leren en keerde in 1892 naar Den Helder terug, waar zijn vader de winkel en werkplaats van de weduwe Visser voor hem had gekocht. Janus verhuisde naar Den Haag waar hij omstreeks 1894 op zijn beurt de mogelijkheid kreeg als schoenwinkelier te starten.

Toen Janus in 1902 een groter pand aan de Wagenstraat kon kopen, besloten hij en Dirk te gaan samenwerken. Dirk deed zijn winkel in Den Helder over aan zijn broer Piet en verplaatste zijn fabriek naar Den Haag. Toen de nieuwe bedrijfsruimte na enige tijd te klein werd, verhuisde hij zijn productiebedrijf naar een leegstaand theater aan de Rijnsburgersingel in Leiden en nog later naar een fabrieksgebouw aan de Parallelweg in Dordrecht. Daar richtten de broers in 1909 de N.V. Nederlandse Schoenindustrie voorheen Gebroeders Hoogenbosch op met een maatschappelijk kapitaal van ƒ 1.000.000,- waarvan direct de helft werd volgestort.

Intussen waren nog enkele winkels geopend. Zo had broer Jacob inmiddels zijn schoenhandel in Amsterdam aan de vennootschap verkocht. Hij was daarna filiaalchef in zijn eigen zaak geworden, terwijl het verder voortaan tot zijn taak behoorde de andere winkels te controleren. Toen Hoogenbosch op 22 november 1919 een filiaal opende aan de Eindhovense Rechtestraat 11 (het huidige nummer 12), was dat al het 19e verkooppunt. In het pand was tot kort daarvoor de schoenhandel van Jan Kappel gevestigd geweest. Bij een hernummering van de straat werd het adres later gewijzigd in Rechtestraat 12

Een nieuw productiebedrijf
Door de oorlogsomstandigheden waren intussen zowel personeels- als grondstoffenproblemen ontstaan bij de Dordtse schoenfabriek. Met pijn in het hart hadden de broers daarom moeten besluiten de productie te staken en een overeenkomst aan te gaan met Johanna Maria Koppelmans, de weduwe A. van der Sanden, die een schoenfabriek bezat in Veldhoven. Broer Dirk, die altijd de leiding over de Dordtse fabriek had gehad, verhuisde na de sluiting naar Groesbeek, waar hij de N.V. Schoenfabriek de Ooievaar stichtte en zich met zijn zoons ging toeleggen op de productie van onder meer kinderschoeisel. Janus vertrok naar het zuiden waar hij samen met de J.M. Koppelmans de N.V. Van der Sanden’s Stoomschoenfabriek oprichtte, waarvan hij zelf directeur werd.
Nadat de Veldhovense fabriek door een brand was verwoest, besloten J. Hoogenbosch en de inmiddels in het bedrijf gekomen zoon J. van der Sanden in december 1933 hun samenwerking te beëindigen en de vennootschap te liquideren. De eerste zou de liquidatie van het bedrijf op zich nemen, maar zover kwam het niet, want in april 1934 werd de onderneming failliet verklaard. J. van der Sanden had inmiddels een nieuwe fabriek gebouwd, terwijl Janus de oude weer opbouwde en daar de productie hervatte. Met 250 personeelsleden zou hij wekelijks 6.000 paar schoenen hebben geproduceerd en daarmee in Veldhoven de grootste zijn geweest in zijn branche. Het is (nog) niet bekend onder welke firmanaam hij heeft gewerkt, maar naar het gefabriceerde merk bleef het bedrijf in de wandeling de Jumbo-schoenfabriek heten. Helaas zat het economisch tij het bedrijf niet mee; nadat in 1936 al een groot aantal personeelsleden was ontslagen, moest de nieuwe fabriek in 1938 de productie volledig staken.

Verdere ontwikkelingen bij het winkelbedrijf
Terug naar de detailhandel. In augustus 1931 telde de onderneming 26 winkels, waarvan acht onder de handelsnaam St.Antoine, twee onder W.Lub Johzn en een onder de respectievelijke namen P. Hoogenbosch, G. Kaldenberg en S. Hakkert. De crisisjaren waren moeilijk. Maar in 1937 kreeg de onderneming de wind weer in de zeilen. Helaas ontstonden een jaar later financiële problemen door malversaties op het hoofdkantoor en een verlies bij schoenfabriek Marion in Drunen waar het bedrijf financieel in was geïnteresseerd. Een sanering waarbij een aantal filialen werd opgeheven en onroerend goed werd verkocht bracht uitkomst.

De oorlogsjaren verliepen gunstig. In 1943 besloot de directie zelfs beursnotering aan te vragen. De tot dan besloten familievennootschap zou daardoor geheel van karakter veranderen. In 1951 werden de statuten aangepast en werd de naam gewijzigd in Hoogenbosch Schoenen N.V. Daarmee was de weg vrij voor nieuwe aandelenemissies in 1954 en 1956. In dit laatste jaar vond nog een belangrijke uitbreiding plaats door de overname van de N.V. Anton Huf jr., die schoenwinkels exploiteerde onder de naam Huf. In 1968 volgde de overname van Shoepost Nederland N.V. in Tilburg. Beide ondernemingen zouden later in het moederbedrijf worden geïntegreerd.

De overname door de British Shoe Corporation
In 1968 werd door het overlijden van de laatste in het bedrijf werkzame Hoogenbosch de band met de familie verbroken. Vijf jaar later bracht het Britse bedrijf Sears Holdings een bod uit op de uitstaande aandelen en nam het Hoogenbosch via zijn dochteronderneming British Shoe Corporation Ltd. over. Deze British Shoe Corporation (BSC) had reeds in 1964 Manfield & Sons Ltd. overgenomen, een ander Brits bedrijf, dat al sinds 1902 in de Nederlandse schoenenbranche werkzaam was. De BSC is momenteel als grote zus van Hoogenbosch actief in Groot-Brittannië. Zij heeft er dan 2.000 verkooppunten, onder meer onder de handelsnamen Manfield, Dolcis, Saxone en Shoe Express.

De oude Hoogenbosch Schoenen N.V. werd na de overname omgedoopt in Hoogenbosch Beheer N.V., later Hoogenbosch Beheer B.V.; de winkels werden voortgezet door een nieuwe Hoogenbosch Schoenen B.V. In 1974 verhuisde Hoogenbosch van Amsterdam naar 's-Hertogenbosch. Als u met de trein naar Utrecht gaat, passeert u het nieuwe kantooorpand annex magazijn rakelings. U kunt het gebouw nauwelijks missen, want de gevel is versierd met de handelsnamen waaronder gewerkt wordt.

Ontwikkelingen in Eindhoven
In Eindhoven had Hoogenbosch in 1973 twee winkels: de oude winkel aan de Rechtestraat en een tweede zaak aan het St.Trudoplein. Op 24 maart 1978 kwam daar nog de bekende schoenzaak van Wouters op de Demer bij. Die werd voortgezet onder de handelsnaam Dolcis en werd daarmee een filiaal in de nieuwe winkelketen waarmee de onderneming in 1976 was gestart en die zich profileerde met schoenmodezaken voor het hele gezin. Op 1 januari 1987 werd nog een tweede Dolcisfiliaal geopend in het Winkelcentrum Woensel, maar daar stond de sluiting medio 1984 van de Hoogenboschwinkel aan het St.Trudoplein tegenover.

Verdere uitbouw
Hoogenbosch Schoenen B.V. floreerde intussen ook elders. Einde 1987 telde de onderneming 68 Dolcis-, 32 Huf- en 7 Hoogenboschfilialen. Daarnaast opereerde de zusteronderneming Manfield B.V. nog via 57 Manfield- en 11 nieuwe Invitowinkels. De eerste Invitowinkel was datzelfde jaar opgericht; met jonge Italiaanse mode richt de keten zich op de jeugdige consument. In Eindhoven hadden de twee vennootschappen toen vestigingen aan de Rechtestraat (Huf), de Demer (Dolcis en Manfield), en het Winkelcentrum Woensel (Dolcis). Inmiddels is Manfield geïntegreerd in Hoogenbosch Beheer B.V.

Overigens blijkt uit het bovenstaande wel, dat de eigenaar de handelsnaam Hoogenbosch langzaam liet verdwijnen. De oude winkel aan de Rechtestraat was al in 1981 omgedoopt in Huf Schoenen en zou omstreeks 1991 nog Huf City gaan heten voor zij in 1994 haar deuren sloot. Om de zaken in Nederland meer te centraliseren werd in 1985 ook de Searsdochter Olympus Sport International B. V. in Amsterdam met winkels onder Olympus Sport en later Pro Sport bij Hoogenbosch Beheer ondergebracht. Tenslotte werd in mei 1988 nog de Gebr. Dingemans B. V. te Kaatsheuvel overgenomen (met 27 schoenwinkels) en in oktober van datzelfde jaar Mardi Fashion b. v. in Tilburg, die eveneens in Kaatheuvel handelde onder de naam Schoenkaper.

Na enkele sluitingen werden zowel de Dingemans- als de Schoenkaperwinkels omgedoopt in Schoen-Expres. In 1991 bundelden het Britse Sears en de Franse Groupe André hun krachten en ontstond de nieuwe houdstermaatschappij Saers André Retail Group N. V. Die voert nu de directie over Hoogenbosch Beheer B. V. (en alle vennootschappen die daar onder vallen), Hoogenbosch Fashion B. V. (met de kinder- en dameskledingketens Adams en Miss Selfridge) en André (Deutschland) GmbH. Deze laatste onderneming heeft in Oost- en West-Duitsland circa 150 schoenwinkels onder de namen André en Schuh City.

Terug naar Eindhoven
Welke winkels hangen er allemaal aan die winkelstamboom van de Hoogenbosschen? Welnu, er zijn twee takken. Allereerst die van Hoogenbosch Beheer B.V. met de winkels van Dolcis Modeschoenen op de Demer (24-3-1978) en in het Winkelcentrum Woensel (1-1-1987), Manfield schoenen en tassen (klasse, kwaliteit en persoonlijke service) aan de Demer (17-3-1967, aanvankelijk als Shoe Post) en in het Winkelcentrum Woensel (27-4-1972), Invito (jonge, eigentijdse schoenmode) aan de Rechtestraat (31-8-1988), Olympus Sport (sportmode) op de Demer (29-11-1989) en Pro Sport (sportschoenen) in de Rechtestraat (21-9-1993). Behalve Huf City en de discountformule Schoen-Expres zijn dus alle ketens vertegenwoordigd. Op de data tussen haakjes werden de respectievelijke winkels geopend.

De tweede tak is die van Hoogenbosch Fashion B.V. waarover Sears André Retail Group N.V. eveneens de directie voert. Enkele zaken, die onder Hoogenbosch Fashion B.V. vielen, werden in 1992 door Witteveen Mode B.V. overgenomen; de Stad Parijswinkels en de Madame-Sabienezaken. De kindermodewinkel Adams in het Winkelcentrum Woensel maakte in 1995 nog steeds deel uit van de Hoogenboschgroep, terwijl binnenkort (1995) in de vroegere Hoogenboschwinkel in de Rechtestraat nog een filiaal van Miss Selfridge (damesmode) zal worden geopend. Het zal duidelijk zijn dat de holding de oude slagzin van de familie Hoogenbosch: "Millioenen dragen Hoogenboschschoenen..." meer dan ooit waar maakt. En tegenwoordig dragen die “millioenen” dan ook nog Hoogenbosch' kleding en tassen.


Jan Spoorenberg 1995

Bronnen:

M.M.J. Hoogenbosch, Uit Pinmaekers geboren (eigen uitgave, 1984);
Schoen industrie in Veldhoven-dorp in: Veldhoven 70 (Veldhoven, 1991);
Algemeen Rijksarchief 's-Gravenhage, Archief Kamer van Koophandel Dordrecht, handelsregister doos 98, dossier nr. 1884;
Kamer van Koophandel Amsterdam, Handelsregister dossier nr. 6837 (Hoogenbosch), 32661 (Manfield & Sons);
Kamer van Koophandel 's-Hertogenbosch, Handelsregister dossier nr. 19389 (Manfield), 35014 (Hoogenbosch Beheer/Sears Properties Nederland), 35016 (Hoogenbosch’ Schoenen), 50514 (Olympus Sport International), 57973 (Dingemans Productie/ Hoogenbosch Fashion Holdings), 57975 (Dingemans Beheer/Schoenexpress), 57978 (Mardi Fashlon/Hoogenbosch Beheer), 57989 (Mardi Beheer/Sears André Retail Group), 73491 (Hoogenbosch Fashion);
Kamer van Koophandel Eindhoven, Handelsregister dossier nr. 1697 (v.d. Sanden Stoomschoenfabrlek);
Daarnaast ontving Ik royale medewerking van de heer M.M.J. Hoogenbosch in Den Helder en van mevrouw Y. Horvers en de heer P.L.M., van Koppen van de Saers André Retail Group N.V., die belangrijke aanvullende Informatie verschaften en zo vriendelijk waren het concept door te lezen.