Aan de totstandkoming van deze digitale encyclopedie wordt nog gewerkt.

Jan Bagelaar

Uit De historische en eigentijdse encyclopedie van Eindhoven
Ga naar: navigatie, zoeken

Bagelaar, Ernst Willem Jan, (Jan), schilder, tekenaar, etser

  • 16-09-1775 Eindhoven

gedoopt 24-09-1775 Eindhoven
† 08-02-1837 Son

Jan is een zoon van Jan Otto Bagelaar (1727-1802) en Maria Dorothea Gerarda Arpeaux (1747-1811)
Hoewel in de Eindhovense wijk Tongelre een straat naar Bagelaar vernoemd is, zullen vermoedelijk slechts een handjevol Eindhovenaren weten wie hij was. De straat heeft zijn naam te danken aan Karel Vermeeren (1912-1998) die in 1962 de kunstenaar Ernst Willem Jan Bagelaar aan de vergetelheid ontrukte met een artikel in de Nieuwe Eindhovense Krant.

Ernst Willem Jan Bagelaar (roepnaam Jan) wordt op 16 september 1775 geboren in een huis aan de Rechtestraat te Eindhoven.
De familie zal in 1791 op de Bleek in Stratum gaan wonen.

Al op veertienjarige leeftijd gaat hij als cadet in krijgsdienst. Hier doorloopt hij achtereenvolgens de rangen tweede en eerste luitenant, kapitein, om uiteindelijk als majoor op veertigjarige leeftijd in 1815 de dienst te verlaten. In zijn diensttijd maakt Jan verschillende veldtochten mee. Deze brengen hem onder meer in Vlaanderen (1793-1794), Duitsland (1796), Noord-Holland (1797), Duitsland en Oostenrijk (1800-1801), weer Duitsland (1805), Pruisen (1806-1808) en nog eens Duitsland in de buurt van Hamburg (1813-1814).

Al op vrij jeugdige leeftijd blijkt hij aanleg voor tekenen te hebben. Tijdens zijn veldtochten maakt hij vele tekeningen, meestal landschappen. In 1802 maakt hij zich de etskunst meester. Vele tekeningen van eigen hand maar ook die van andere kunstenaars legt hij in etsen vast. Hij etst niet alleen maar probeert ook de techniek van het etsen te verbeteren.

De verhandeling die hij hierover houdt, levert hem in 1816 een zilveren erepenning op van de Nederlandsche Huishoudelijke Maatschappij. In 1820 wordt hij benoemd tot lid der Koninklijke Maatschappij van Beeldende Kunsten te Gent. In de loop van 1821 gaat hij bij zijn broer Jan Hendrik in Son wonen, waar hij in 1837 komt te overlijden. Men verdenkt zijn huishoudster en haar nicht ervan hem te hebben vergiftigd, maar de rechter spreekt de verdachten vrij.

Naast vele tekeningen heeft Jan Bagelaar ongeveer 200 etsen gemaakt. Van vele etsen zijn meerdere staten bekend. De meeste etsen maakte hij na zijn pensionering in 1815 tot zijn verhuizing naar Son in 1821. Vanaf zijn verblijf in Son is hij zich steeds meer op het schilderen toe gaan leggen.

In diverse musea in binnen- en buitenland worden etsen van Jan Bagelaar bewaard. Ook Museum Kempenland bezit een aanzienlijke collectie.

Peter Thoben 2014