Vestdijk 22

Pagina uit het maandblad De Wacht van mei 1966.

Afbeelding genomen uit Google-maps van april 2019.

Vestdijk 22, stadspand
Het statige pand Vestdijk 22 uit 1882 is gebouwd door Maria Aldegonda Adriana Raaymakers, rentenierster. Haar zoon Franciscus een arts uit Meerveldhoven verkocht het pand in 1929 aan notaris Petrus van Daverveld. Van Daverveld verkocht de villa in 1964 aan de Vereeniging van Levensverzekering en Lijfrente “De Groot Noordhollandsche van 1845”, die in Amsterdam hun vestiging hadden. Na de nodige verbouwingen richtte de maatschappij hier haar kantoor in, maar verkocht het geheel al weer in 1971.

In Eindhoven heeft dus nog een tijdlang een kantoor van een voorloper van de Aegon gestaan; op het adres Vestdijk 22.
De verzekeringsmaatschappij Aegon is ontstaan uit een fusie tussen een groot aantal verzekeringsbanken. De naam Aegon wordt in de laatste decennia ook direct geassocieerd met de sponsoring van diverse sporten, waaronder het professionele langebaanschaatsen.
Het bedrijf is het resultaat van vele fusies, waaronder Ennia, de Olveh, AGO, de Algemeene Friesche Levensverzekering-Maatschappij en deGroot-Noordhollandsche van 1845.
Verzekeringen worden tegenwoordig veelal afgesloten door tussenkomst van banken, door tussenpersonen en door zelfstandige verzekeringsadviseurs. Slechts enkele verzekeringsmaatschappijen hebben tegenwoordig nog eigen kantoorgebouwen. Het hoofdkantoor van de Aegon is momenteel gevestigd in Den Haag en in Leeuwarden.

Het interne maandblad De Wacht besteedde in mei 1966 een volledig nummer aan de vestiging in Eindhoven, die vanwege de gunstige ligging tot eerste bijkantoor in de zuidelijke provincies was gekozen. “Bij de voorbereiding van deze vestiging werden wij getroffen door de snelle ontwikkeling, welke deze provincies in de laatste decennia beleefden alsmede door de visie welke men op de toekomst heeft”.
Burgemeester Witte begroette de verzekeringsmaatschappij uitgebreid in het blad. Vervolgens gaf Dr. L.P.L. Pirenne, rijksarchivaris in Noord-Brabant, een verhelderende uiteenzetting over het ontstaan van de provincies Noord-Brabant en Limburg. Vervolgens zijn enige artikelen gewijd aan de industrialisering en het onderwijs in deze twee provincies en de gunstige ligging ervan ten opzichte van de E.E.G.. Ook de culturele aspecten en de sagen van Brabant en Limburg worden niet vergeten.
Een speciaal hoofdstuk is gewijd aan de stad Eindhoven, geschreven door de Volkskrant Cor van Heugten uit Eindhoven. Vijftig jaar later is zijn tekst nog heel actueel.
Eindhoven is in korte tijd van provinciestad uitgegroeid naar de “hoofdstad van het Zuiden”, de vijfde stad van het land. De landelijke groei van arbeidsplaatsen kwam voor een derde deel door Brabantse bedrijven tot stand. En niet alleen door Philips en de DAF. De agglomeratie telt ruim 300.000 inwoners, die voor driekwart hun werk vinden in Eindhoven. Naast onderwijscentrum is Eindhoven ook het koopcentrum van nationale allure geworden. De aantrekkingskracht zorgt er voor dat ook de Bijenkorf zich hier met vele anderen “aan het Lumaplein” zal gaan vestigen.
“Een van de grote puzzels is ook, de stad van de toenemende verkeersdruk te verlossen. Ongetwijfeld heeft een bombardement in de oorlogsjaren nieuwe kansen geboden de city te verruimen maar de stad heeft nog steeds geen eigen gezicht gekregen. Er liggen nog te veel open plekken, die ongetwijfeld nog goed van pas zullen komen.” “Strikt genomen is Eindhoven nog bezig zich het maatpak aan te meten, dat stedebouwkundig en verkeerstechnisch bij deze dynamische stad past.”

Bron:
diverse auteurs, in: De Wacht, AFGN zuid Nederland, Rotterdam, mei 1966

JH2020